Heemkundig: Geschiedenis over de Guido Gezellestraat
De verbinding tussen de Helststraat en het Laar, bekend als de Guido Gezellestraat, kreeg die naam in 1930 tijdens een zitting van het College van burgemeester L.J. Verschueren met zijn schepenen op datum van 20/09/1930. Het feit dat het toen juist 100 jaar geleden was dat Guido Gezelle geboren werd (°1830 - †1899), zal daar niet vreemd aan geweest zijn. Vòòr die tijd kwam deze straat voor onder de naam van Hespe(n)straat; naam waarvan vermeldingen terug te vinden zijn tot in de 17e eeuw.
Oorspronkelijk zeer karig bebouwd
Het eerste wat opvalt bij nader onderzoek is dat een meer compacte bebouwing zich in de Guido Gezellestraat -zo dicht bij de dorpskom- toch in feite maar laat heeft doorgezet: pas vanaf 1953.
Thans liggen in deze zo goed als volgebouwde straat nog slechts enkele schaarse bouwrijpe panden vrij. Ondertussen hebben renovatie of hernieuwbouw gedurende het laatste decennium al volop een nieuw uitzicht gegeven aan zekere oudere delen van de Guido Gezellestraat. Dit gegeven past volkomen in onze lokale naoorlogse ontwikkelingslijn, waarin Aartselaar, doorkruist door een belangrijke commerciële as, evolueerde van typisch landbouwdorp tot semi-residentiële randgemeente. Inderdaad begon vanaf de jaren vijftig -met name enkele jaren na de aanstelling in 1947 van de (eerder dit jaar overleden, maar toen nog jonge) burgemeesternotaris Frans De Groof en onder zijn impuls- de grote bouwexpansie in Aartselaar. Omstreeks 1945 liepen over de gehele lengte van de Guido Gezellestraat de onpare huisnummers amper op tot 49 en de pare nummers slechts tot 38, wat in totaal slechts een 50-tal panden geeft. Vandaag gaan de huisnummers tot respectievelijk 121 en 158 wat betekent dat er thans zo’n 160 panden staan in de Guido Gezellestraat. M.a.w. de bebouwing verdrievoudigde er gedurende de laatste 50 jaar.
De groei in en om de Guido Gezellestraat
Het zou ons hier veel te ver leiden om huis per huis een historische terugblik te maken. Maar de Heemkundige Kring van Aartselaar deed in dit verband al aardig wat heemkundig onderzoek (en werkt deze geschiedkundige analyse nog steeds verder uit via dagenlang opzoekwerk in archieven en via contacten met oudere autochtone zegslieden). De resultaten hiervan zijn zeer verrassend en interessant te noemen en brengen een boel frappante wetenswaardigheden aan het licht. Vandaar de gedachte om via een samenwerking tussen de Heemkundige Kring en het bestuur van “De Gezellige Straat” later op het jaar een vertelavond over dit onderwerp te organiseren. René Beyst, bibliothecaris van de Heemkundige Kring en (jeugdig) bewoner van deze straat in de periode 1948/1968, werd bereid gevonden om een avondje te komen praten over de groei van de Guido Gezellestraat en zijn aangrenzende straten. In deze voordracht zal ook aandacht besteed worden aan de vroegere bewoners, hun bijnamen en een paar verhalen over deze mensen. Via lichtbeelden van oude postkaarten en oude foto’s van vroegere buurtbewoners zal men terug de nostalgische sfeer van de oude Guido Gezellestraat weten op te roepen. Datum, uur en plaats van deze unieke voordracht, waarop u wellicht onbekende verhalen over uw plekje (of dat van uw buren) in vroegere tijden kunt opsteken, zal u later in het najaar nog bekend gemaakt worden.
De spot- of bijnamen van de Guido Gezellestraat
Ook straten kregen vroeger soms een typerende “bijnaam” -net als mensen. Vóór WO II noemde men de Guido Gezellestraat de “Schoolmeestersstraat”. Omdat maar liefst vier man van het zevenkoppige onderwijzerskorps van de gemeentelijke jongensschool in de periode 1930/1950 in deze straat woonde. Onderwijzer Louis Verstraelen verhuisde van de Guido Gezellestraat naar de Leon Gilliotlaan in het aan de school bijgebouwd huis, omdat hij schoolhoofd werd. In die tijd vormden de onderwijzers mee de intellectuele bovenlaag van ons dorp en omdat velen (met name meesters Peeters, Verstraelen, Vermylen, Verheyen, Ceulemans en Deschepper) in deze straat woonden kreeg ze die spotnaam, die in de vijftiger jaren spontaan terug verdween door een intensievere bebouwing en een gewijzigd sociaal klimaat. Helemaal in het begin van de twintigste eeuw werd deze straat in de volksmond ook nog “de petattenstraat” genoemd, omdat een aantal begoede burgers er enkele mooie huizen hadden gebouwd, waarmee spottend werd bedoeld dat ze rijkelijk “petatten” konden eten in tegenstelling tot het armere “dagelijks brood” van de werkende klasse. M.a.w. in de eerste helft van de 20ste eeuw wordt deze straat tot tweemaal toe een bijnaam toebedeeld, verwijzend naar de specifiek welstellende bewoners van deze toen nog dunnetjes bevolkte straat. Onder jullie impuls kreeg ze in het begin van de 21ste eeuw voor de derde keer een nieuwe, maar thans mooiere bijnaam: “De Gezelligestraat”. Hopelijk zorgen jullie er voor dat die mooie straatnaam nog vele jaren verdiend blijft…!
vanwege een ex straatgenoot met als bijnaam: René van de (oude) post(meester) woonde in de huidige nrs. 41 en 39 (voormalig postkantoor)
Gooi ook nooit “heemkundig” Aartselaars materiaal zoals oude foto’s, postkaarten, rouwprentjes, rouwbrieven, verkoopsakten, notariële affiches, e.d. zomaar weg vooraleer ze aangeboden te hebben aan onze Heemkundige Kring, die zoveel mogelijk Aartselaars erfgoed zorgvuldig bewaart en inventariseert.
Wilt u nog meer weten over Aartselaar?
Over onze monumenten, onze huizen en onze dorpsfiguren?
Wordt dan lid van de Heemkundige kring Aartselaar.
Voor een peulschil krijgt u jaarlijks 4 tijdschriften met 200 blz. heemkundige literatuur in de bus en wordt u regelmatig geïnformeerd over hun maandelijkse activiteiten.
Ereleden (vanaf 25 euro) ook nog steeds zeer welkom.